Berekening van een gietijzeren poortsysteem – berekening van de blokkeersectie

Over het algemeen volgt het ontwerp van poortsystemen drie principes:

1. Snel gieten: om temperatuurdaling, recessie en oxidatie te verminderen;

2. Schoon gieten: vermijd de vorming van slakken en onzuiverheden en bescherm de slakken in het gesmolten ijzer tegen de holte;

3. Economisch gieten: maximaliseer de procesopbrengst.

1.De locatie van het chokegedeelte

1. Bij het ontwerpen van het schenksysteem is het eerste waar u rekening mee moet houden de positie van het stromingsblokkeergedeelte, omdat dit de vulsnelheid bepaalt. Over het algemeen zijn er twee traditionele locaties voor het plaatsen van choke-secties.

 dtrh (1)

2.Een daarvan is om het tussen de laterale loper en de binnenste loper te plaatsen. Het nummer kan overeenkomen met het nummer van de binnenloper. Het wordt ook wel drukgieten genoemd. Omdat de minimale doorsnede dicht bij het gietstuk ligt, is de lineaire snelheid van het gesmolten ijzer zeer hoog wanneer het de holte binnengaat.

 dtrh (2)

3.De andere wordt tussen de aanspuiting en de laterale loper geplaatst, met slechts één stromingsblokkeergedeelte, ook wel drukloos gieten genoemd.

4. De moderne gietijzerproductie is onlosmakelijk verbonden met de filtratietechnologie. Om schuimkeramische filters beter toe te passen, moet de aanspuiting worden gebruikt als stromingsblokkeersectie in het procesontwerp.

 dtrh (3)

Factoren waarmee u rekening moet houden

1. Giettijd, dit is een van de functies van het gietsysteem en er zijn verschillende algoritmen. Tegenwoordig wordt meestal simulatiesoftware gebruikt om dit te berekenen. Is er een snellere manier om met de hand te berekenen? Antwoord: Ja, en het is eenvoudig.

T sec =√(W.lb)

Onder hen: t is de giettijd, de eenheid is seconden, W is het gietgewicht, de eenheid is pond. Houd het simpel.

2. Wrijvingscoëfficiënt. Het gesmolten ijzer zal tijdens het gieten tegen de malwand wrijven. Er zal ook wrijving optreden tussen het gesmolten ijzer en er zal energieverlies optreden, dus hiermee moet rekening worden gehouden.

Over het algemeen moet voor dunwandige platen de wrijvingscoëfficiënt § zo klein zijn als 0,2; voor dikke en vierkante onderdelen moet de wrijvingscoëfficiënt zo groot zijn als 0,8.

3. Natuurlijk kun je ook preciezer zijn. Om het te vinden, kunt u het onderstaande diagram gebruiken.

dtrh (4)


Posttijd: 07 mei 2024